De bedrijfslasten van je corporatie. Er is veel discussie over. Maar hoe breng je de bedrijfslasten zo in beeld dat je gericht actie kunt ondernemen wanneer je teveel uitgeeft?
Is je doel om kosten naar beneden te brengen? Focus dan op de kasstromen waar je invloed op hebt. Het gaat dan in de eerste plaats om personeelskosten, onderhoud en de categorie ‘overige bedrijfslasten’. Op zaken als rente en aflossing heb je alleen op de langere termijn invloed.
Kosten vergelijken met jezelf en andere corporaties
Om jezelf te kunnen vergelijken verzamel je allereerst alle gegevens door middel van de jaarrekening en beschikbare Aedes-benchmarkcijfers. Vervolgens kun je gaan vergelijken om te kunnen bepalen of je veel of weinig uitgeeft.
Vergelijken met andere corporaties
Stel een goede benchmarkgroep samen. Bijvoorbeeld met corporaties uit je eigen regio of corporaties van vergelijkbare omvang. Of vergelijk juist met corporaties waarvan je weet dat ze iets bijzonders doen en waar je graag van wilt leren.
Vergelijken met jezelf
Kijk terug naar voorgaande jaren en bepaal op welke vlakken je dingen anders gaat doen. Na een aantal jaar kun je zien of de bedrijfslasten niet “automatisch” ergens hoger worden wanneer je ergens anders in de kosten snijdt.
Vergelijk je feitelijke uitgaven met de minimaal noodzakelijke uitgaven
Door scenario’s te ontwikkelen krijg je meer inzicht. Je kunt bijvoorbeeld een scenario opstellen waarbij je alleen nog dat doet wat minimaal nodig is. Of juist een scenario waarin je alle mogelijke wensen van belanghebbenden invulling geeft.
Het ontwikkelen van scenario’s is een interessante oefening. Dit kost echter wel veel tijd, want hoe bepaal je wat minimaal noodzakelijk is en hoe vertaal je de maatschappelijke opgaven in een woonvisie naar uitgaven die je uiteindelijk daadwerkelijk doet als woningcorporatie? Doe dit dus pas wanneer je al een duidelijk beeld hebt van de relatie tussen je volkshuisvestelijke opgave en de daarmee gemoeide kosten.
Gebruik de cijfers uit de dVi of de Aedes Benchmark
Een tweede stap bij het in beeld krijgen van je kostenstructuur, is om te bepalen welke broncijfers je gebruikt. Dit kunnen cijfers uit de jaarrekeningen zijn, of de cijfers uit de Aedes-benchmark. Het voordeel van het gebruiken van jaarrekeningen is dat het gaat om daadwerkelijk uitgegeven euro’s, zonder al te veel ‘correcties’ die je lastig zelf kunt controleren.
Het voordeel van de Aedes Benchmark is dat de cijfers geharmoniseerd zijn: de kosten waar je weinig invloed op hebt zijn niet in de cijfers meegenomen. Zo kun je (in theorie) makkelijker cijfermatig vergelijken tussen corporaties.
Het is in de praktijk echter niet altijd even transparant welke kosten in Aedes Benchmark wel en niet meegenomen zijn, hoe het berekend is en of het goed te vergelijken is.
Ook is de Aedes-benchmark beperkt in omvang. Er is maar een beperkt aantal categorieën weergegeven. Wanneer je jezelf wilt vergelijken met voorgaande jaren kun je daar met je eigen financiële gegevens veel dieper op ingaan.