Wonen en Zorg: de optimale aanpak voor corporaties
Corporaties hebben vaak te maken met bijzondere doelgroepen, denk aan rolstoelgebruikers of mensen met dementie. Voor deze doelgroepen zijn soms specifieke aanpassingen aan woningen nodig of is het van belang dat bepaalde faciliteiten in de buurt beschikbaar zijn.
Hoe ga je daar als corporatie mee om?
Als je nadenkt over Wonen en Zorg binnen jouw corporatie is het van belang jezelf een aantal vragen te stellen. Dit kun je doen aan de hand van onderstaande stappenplan.
Stap 1: Breng de behoefte in kaart
Voordat je als corporatie aan de slag kunt gaan met Wonen en Zorg, is het van belang de behoefte in kaart te brengen. Zo kun je zien wat jouw opgave voor de komende jaren is. Bij het in kaart brengen van de behoefte kun je gebruik maken van verschillende landelijke en lokale bronnen. Ook kun je zelf nader onderzoek gaan doen. Daarbij kun je onderscheid maken tussen een aantal dingen.
Algemene preventieve maatregelen en specifieke woonvormen op maat
Allereerst het onderscheid tussen enerzijds preventieve maatregelen en anderzijds maatwerk woon-zorgcombinaties voor specifieke doelgroepen.
Onder preventieve maatregelen vallen zaken zoals nultredenwoningen en het verbeteren van de toegankelijk van algemene ruimten in flats. Dit soort maatregelen kun je relatief goedkoop treffen en zijn voor veel bewoners al ruim voldoende. Preventieve maatregelen neem je bij voorkeur voor zoveel mogelijk (oudere) bewoners. Zo kunnen mensen in hun vertrouwde omgeving blijven als ze bijvoorbeeld slecht ter been worden.
Dan zijn er ook de woon-zorgcombinaties voor specifieke doelgroepen, zoals woningen voor mensen met dementie of woningen specifiek voor rolstoelgebruikers. Het creëren van een woongroep voor dementerenden of het verbreden van deuren voor rolstoelgebruikers, is een stuk duurder dan de hierboven genoemde preventieve maatregelen. Daarnaast is dit op een kleine groep van toepassing. Dit doe je dan ook alleen als er echt een specifieke behoefte aan is. Die behoefte blijkt bijvoorbeeld uit aanvragen van zorgorganisaties en woningzoekenden.
Lokale behoefte versus regionale behoefte
Een ander onderscheid die je moet maken is die tussen de lokale behoefte en de regionale behoefte. Onder de lokale behoefte verstaan we de woningbehoefte binnen jouw werkgebied en binnen jouw woningvoorraad. Denk aan mensen die ouder worden en die wellicht een voor thuiszorg geschikte woning nodig hebben.
Op regionaal niveau worden voorzieningen voor hele specifieke doelgroepen, zoals lichamelijke en/of verstandelijk gehandicapten, veelal geclusterd. Deze doelgroep is vaak op zoek naar een bepaalde specifieke woon-zorgcombinatie en is vaak ook gebonden aan een zorgorganisatie voor die doelgroep.
Het is wat lastiger om de behoefte van deze doelgroepen voor jouw werkgebied in kaart te brengen.
Dat komt omdat het er ook vanaf hangt of er in een nabijgelegen stad of dorp al zo’n zorgvoorziening is. Het is dan ook slim om hier binnen de regio afspraken over te maken met andere corporaties, gemeenten en zorginstellingen.
Stap 2: Bepaal wat je wilt en kunt bijdragen
Na het in kaart brengen van de behoefte aan woon-zorg combinaties, ga je als corporatie bepalen wat je wilt en kunt bijdragen aan het invullen van die behoefte. Je hebt immers beperkte financiële middelen en daarnaast heb je ook nog andere opgaven die misschien meer of minder urgent zijn.
Het is de kunst hier een goede afweging in te maken.
Kijk daarbij niet alleen naar je bestaande woningvoorraad en je nieuwbouwprojecten. Denk ook aan flankerend beleid en maak daarover afspraken met welzijnsorganisaties en/of gemeenten. Zo kun je ervoor zorgen dat mensen in relatief ‘ongeschikte’ woningen, daar toch langer kunnen blijven wonen.
Stap 3: Zorg voor een flexibele uitvoering
De zorg verandert razendsnel. Misschien is er over 10 jaar wel een medicijn tegen dementie en worden we over 30 jaar gemiddeld veel ouder dan we op dit moment voor mogelijk houden.
Ook in regelgeving en alle faciliteiten daaromheen zijn er dusdanig veel snelle veranderingen, dat je je eigenlijk niet voor de lange termijn aan één concept kunt vasthouden.
Je zult als corporatie daarom moeten zorgen voor een flexibele uitvoering van woon-zorg projecten.
In de nieuwbouw is het belangrijk om ervoor te zorgen dat je de gebouwde woningen in de toekomst eventueel ook voor andere doelgroepen kunt inzetten.
En in de bestaande voorraad neem je bij voorkeur de maatregelen die voor zoveel mogelijk doelgroepen positief uitwerken op hun woongenot
Stap 4: Pas je woningbeheer aan op de zorgverlening
Tot slot kun je als corporatie je beheer aanpassen op de woonzorg-combinaties in je portefeuille. Besef daarbij dat een zorgorganisatie heel anders denkt dan een corporatie.
Corporaties en zorginstellingen spreken een compleet andere taal.
Zo kijken corporaties naar de lange termijn (en dan bedoelen ze ongeveer 20 tot 50 of zelfs 100 jaar vooruit), terwijl zorginstellingen zich, door omgevingsfactoren, vaak noodgedwongen tot de korte termijn beperken (en dan bedoelen ze vaak dat het gisteren al geregeld had moeten zijn).
Ook als je kijkt naar de detaillering van het vastgoed, zie je ook verschillen tussen corporaties en zorginstellingen. Een corporatie beperkt zicht meer tot de grote lijnen. Ze zijn het gewend om op een goede, maar ook basic en betaalbare manier tegemoet te komen aan de wensen van de primaire doelgroep. Een zorginstelling daarentegen, wil inspelen op hele specifieke behoeften van cliënten die zij huisvesten.
En dan kan een lichtknopje iets hoger of lager op de muur een wereld van verschil maken.
Een derde spraakverwarring uit zich in de dienstverlening. Bij klusjes of reparaties aan een woning, is er soms een heel ander urgentiebesef tussen corporatie en zorginstelling.
Bijvoorbeeld wanneer op een vrijdagavond de automatische deuropener kapot gaat. Een ‘gewone huurder’ zou daar wel een paar dagen een andere oplossing voor kunnen vinden, terwijl iemand met een zorgvraag die deur zonder de automatische deuropener misschien helemaal niet meer kan openen.
De corporatiemedewerker moet dus kunnen inschatten wanneer er direct een monteur op af moet, en wanneer de reparatie kan wachten tot na het weekend.
Zeker wanneer je een wat groter aandeel zorgvastgoed hebt, loont het om hier een aparte medewerker op te zetten die ook de zorgwereld goed kent.
Hoe dan ook zul je ervoor moeten zorgen dat alle medewerkers die dagelijks klantcontact hebben doordrongen zijn van het noodzakelijke verschil in dienstverlening aan bewoners van zorgvastgoed versus andere huurders.