Wie zijn de (onverwachte) winnaars en verliezers van jouw beleid?
Elke beleidsmaatregel met impact kent winnaars en verliezers. Door deze in kaart te brengen, kun je compenserende maatregelen nemen en voorkom je onverwachte tegenwerking. Hoe zorg je ervoor dat je de winnaars en verliezers vooraf goed in beeld hebt?
Lees ook het eboek 17 schrijftips voor leesbaar en overtuigend beleid.
Triangel van winnaars en verliezers
Het model van Knoepfel beschrijft de winnaars en verliezers van beleid door middel van een ‘triangel van winnaars en verliezers’.
Knoepfel stelt dat er bij elk beleidsprobleem in grote lijnen drie actoren zijn: de beleidsvormende actor, de winnaars en de verliezers. Achter de winnaars zitten ook indirecte winnaars ‘verstopt’. Hetzelfde geldt voor de verliezers: er zijn directe en indirecte verliezers.
Met name de indirecte verliezers zijn interessant. Je ziet ze makkelijk over het hoofd wanneer je bezig bent met het schrijven van beleid. Maar ze kunnen later in het beleidsproces wel voor problemen zorgen als ze nu niet meegenomen worden bij het beleid.
Voorbeeld: maximumsnelheid verlagen
Een voorbeeld van een beleidsmaatregel met impact, is het verlagen van de maximumsnelheid naar 100 kilometer per uur op de A2 om geluids- en milieuoverlast voor omwonenden tegen te gaan. Bij zulk beleid zijn er natuurlijk winnaars en verliezers.
De verlaging begint met een beleidsvormende actor die beleid heeft geformuleerd: er mag niet sneller dan 100 kilometer per uur gereden worden. Dit beleid is gericht op de verliezers van het beleid, namelijk de automobilisten die niet langer harder dan 100 km per uur mogen rijden. Maar er zijn natuurlijk ook winnaars: de omwonenden merken de effecten van die snelheidsverlaging.
Indirecte winnaars zijn in deze casus bijvoorbeeld milieulobby’s, of de lobby voor veilig verkeer. Ook de staatskas is een duidelijke indirecte winnaar door extra inkomsten uit boetes voor te hard rijden.
De indirecte verliezers zijn bijvoorbeeld de lobbyclubs voor de auto-industrie en de tankstations aan de A2. Langzaam rijden verlaagt immers het brandstofverbruik.
Doe deze oefening voor je eigen beleid, en je zult zien dat er meer betrokken mensen en organisaties zijn dan je denkt. Zo kun je inspelen op wensen van winnaars en verliezers. Daarmee voorkom je onverwachte weerstand tegen je beleid.
Lees ook het eboek 17 schrijftips voor leesbaar en overtuigend beleid.